“De school waar iedereen slim is”

Wij gaan ervanuit dat ieder kind slim is. Elk kind heeft zijn of haar talenten. Wij hebben verschillende rollen in het onderwijs, van waaruit wij onze kinderen instrueren, begeleiden, coachen en zich steeds verder ontwikkelen. Wij gaan uit van de zelfdeterminatie theorie (Self Determination Theory) van Deci & Ryan (1985; 2000). De zelfdeterminatie theorie maakt onderscheid tussen intrinsieke en extrinsieke motivatie. Intrinsieke motivatie is motivatie die van binnenuit komt, de leerling is gemotiveerd om iets te leren waarin hij/zij zelf geïnteresseerd is. Bij extrinsieke motivatie zorgen externe prikkels dat de leerling gemotiveerd is. Intrinsieke motivatie zorgt vaak voor betere leerresultaten.

Volgens Deci & Ryan (1985; 2000) kunnen docenten de intrinsieke motivatie verhogen als ze weten in te spelen op drie psychologische basisbehoeften:- Autonomie: De leerling heeft de vrijheid om een activiteit naar eigen inzicht te kunnen uitvoeren en heeft invloed op wat hij/zij doet.- Gevoel van competentie: Het vertrouwen dat de leerling moet hebben in eigen kunnen.- Relatie, sociale verbondenheid: De verbondenheid met de omgeving, ofwel vertrouwen hebben in anderen. En een positief klimaat in de klas; leerlingen moeten zich vrij voelen om vragen te stellen en niet bang zijn om fouten te maken (Verbeeck, 2010).

Ons onderwijs

Elke dag werkt het team aan de relatie met de kinderen en tussen de kinderen onderling, het vergroten van de zelfstandigheid en het overbrengen van kennis en vaardigheden waardoor kinderen zich competent(er) voelen. De organisatie van ons onderwijs is in een leerstofjaarklassensysteem. De leerlingen gegroepeerd op basis van hun leeftijd. De leerstof is het startpunt van het leerstofjaarklassensysteem. Er is een totaalaanbod beschikbaar van leerstof die de leerlingen jaarlijks zouden moeten kunnen leren. De praktijk leert dat kinderen erg verschillen in ontwikkelingstempo, daarom wordt er bij ons in de groepen op allerlei manieren gedifferentieerd.
Op activiteitenniveau werken wij groepsdoorbroken; zoals bij leesactiviteiten, sportdagen en feesten en vieringen. Ook bij ons aanbod in de zaakvakken werken verschillende leerjaren samen.
Ons didactisch model is voornamelijk EDI, expliciete directe instructie. Dit onderwijsmodel bezit elementen van de cognitieve psychologie en het behavioristische denken. De cognitieve psychologie toont aan dat kinderen effectief leren als zij nieuwe informatie kunnen verbinden aan aanwezige kennis. Vooral bij de kernvakken rekenen, taal en spelling wordt dit toegepast. In de middagen behandelen wij verschillende zaakvakken in meerdere thema's (VierKeerWijzer).

Tijdens de middagen wordt gewerkt met keuzekaarten gebaseerd op de meervoudige intelligentie van Gardner. De kinderen gaan zelf aan de slag met onderzoeksvragen waarbij meerdere talenten worden benut en onder andere creatieve vakken ruimschoots aan bod komen. Schoolplan 2025-2029 8 CBS Borgschool Onze visie op leren Kinderen leren doordat ze nieuwsgierig zijn. De school biedt kinderen de mogelijkheid om kennis te verwerven op verschillende manieren. De leraren geven instructie en de leerlingen mogen de lesstof op een eigen manier verwerken. Dat kan zijn door lessen alleen te maken of samen met anderen. Leerlingen die korte instructie nodig hebben, kunnen zelfstandig aan het werk. Voor de leerlingen die meer instructie nodig hebben, wordt gebruik gemaakt van de verlengde instructie aan de instructietafel. Voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte heeft de school een zorgstructuur opgezet.

Visie op leren

Kinderen leren doordat ze nieuwsgierig zijn. De school biedt kinderen de mogelijkheid om kennis te verwerven op verschillende manieren. De leraren geven instructie en de leerlingen mogen de lesstof op een eigen manier verwerken. Dat kan zijn door lessen alleen te maken of samen met anderen. Leerlingen die korte instructie nodig hebben, kunnen zelfstandig aan het werk. Voor de leerlingen die meer instructie nodig hebben, wordt gebruik gemaakt van de verlengde instructie aan de instructietafel. Voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte heeft de school een zorgstructuur opgezet.

Visie op identiteit

Stichting Goud is een samenwerkingsbestuur. In een samenwerkingsbestuur verwijst identiteit naar de unieke kenmerken, waarden en visie van elke organisatie of school. Zo heeft Stichting Goud openbare, christelijke en samenwerkingsscholen. Stichting Goud vindt het belangrijk om deze diversiteit te respecteren, open communicatie te bevorderen en de identiteit van elke partij in beleid te verankeren. Elke locatie maakt een eigen keuze rondom identiteit.

CBS De Borgschool is een christelijke basisschool. Vanuit de christelijke identiteit van de school staan wij open voor iedereen. Op onze school is geen plek voor discriminatie, racisme of indoctrinatie*. De Bijbel is voor onze school één van de inspiratiebronnen van waaruit wij lesgeven. Wij verwachten van de leerkrachten dat zij open en op een ontdekkende manier Bijbelverhalen vertellen. Wij zijn nieuwsgierig en op zoek naar verbinding. Wij geloven dat je er als mens volop mag zijn! Het team van de Borgschool zet zich hier met hart en ziel voor in, zodat de aan ons toevertrouwde leerlingen mogen groeien in wie ze zijn. Wij verwachten dat alle leerlingen deelnemen aan het levensbeschouwelijk onderwijs en de daarbij behorende rituelen zoals zingen. Wij leren onze leerlingen om met een open houding naar elkaar te luisteren.

Wij vieren de christelijke feestdagen. Dit brengt een gevoel van saamhorigheid. De aandacht voor levensbeschouwelijke vorming is verweven in ons onderwijs én heeft een expliciete plek. Zo openen en sluiten wij de lesdag met een gebed, lied of verhaal. Verhalen doen er toe! Omdat we het belangrijk vinden dat onze leerlingen ook kennis maken met een divers palet aan overtuigingen, besteden we aandacht aan verschillende geestelijke stromingen en aan specifieke feesten die gerelateerd worden aan een bepaalde levensbeschouwing of -overtuiging. Dit doen wij door te lezen, te vertellen en met elkaar te praten. We zien een sterke relatie tussen levensbeschouwelijke vorming, sociaal-emotionele ontwikkeling en burgerschap.

* Artikel 1 van de Nederlandse Grondwet, ook wel het gelijkheidsbeginsel genoemd, stelt dat iedereen die zich in Nederland bevindt, in gelijke gevallen gelijk behandeld moet worden, en dat discriminatie op basis van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, handicap, seksuele gerichtheid of welke andere grond dan ook, niet is toegestaan.